Totaal generaal | 231.333 | 230.849 |
---|
Totaal generaal | 231.333 | 230.849 |
---|
31-12-2019 | 31-12-2018 | |
---|---|---|
Gewaarborgde geldleningen | 174.593 | 129.201 |
Toelichting op de balans
Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV)
De jaarrekening maakten we op met inachtneming van de verslagleggingsvoorschriften van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en de verordening ex artikel 212 Gemeentewet. Hierin stelde de gemeenteraad op 15 december 2016 de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie vast.
Voor investeringen van voor 1 januari 2004 (invoeringsdatum BBV) blijven de tot dan toe gehanteerde methodes gehandhaafd. Uitzonderingen hierop zijn de investeringen in rioleringswerken en onderwijshuisvesting. Daarvan hebben we de afschrijvingstermijnen aangepast.
Tot slot nemen wij aan de actiefzijde van de balans (buiten de balanstelling) het bedrag op waarvan het recht bestaat op verliescompensatie krachtens de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969.
Stelselwijziging
Wij voerden een stelselwijziging door voor de verwerking van de pensioenuitkeringen van wethouders die voor 2003 uit dienst zijn gegaan. In eerdere jaren verantwoordden wij de kosten van de pensioenuitkeringen van wethouders die voor 2003 uit dienst zijn gegaan via de exploitatie. Maar de pensioenuitkeringen van wethouders die ná 2003 in dienst zijn gegaan namen wij op in de voorziening APPA. In 2019 besloten wij om voor álle gewezen wethouders dezelfde systematiek toe te passen. We vormden daarom ook voor de pensioenuitkeringen van wethouders die voor 2003 uit dienst zijn gegaan een voorziening. Dit leidt in 2019 tot € 39.000 lagere kosten voor pensioenuitkeringen in de exploitatie, maar ook tot een extra dotatie in de voorziening van € 435.000. De voorziening APPA is per 31 december 2019 € 435.000 hoger dan zonder het doorvoeren van deze stelselwijziging het geval was geweest.
Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij betreffende balansposten anders is vermeld, nemen wij de activa en passiva op tegen nominale waarden. De waarderingsgrondslagen per balansonderdeel lichten wij in het vervolg van deze jaarrekening toe.
De baten en lasten rekenen wij toe aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten nemen wij slechts op voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, nemen wij in acht indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend waren. Baten en lasten, waaronder ook begrepen heffing van de vennootschapsbelasting, worden daarbij verantwoord tot hun brutobedrag.
De leges omgevingsvergunningen verantwoorden wij in het jaar van de aanvraag of als de aanvraag per balansdatum nog in behandeling is, naar rato van de uitgevoerde werkzaamheden met betrekking tot deze aanvraag.
Dividendopbrengsten van deelnemingen verantwoorden wij als baten op het moment waarop het dividend betaalbaar wordt gesteld.
In de jaarrekening namen we de algemene uitkering op volgens de in 2019 laatste gepubliceerde accresmededeling (septembercirculaire 2019). Bij de verwerking van de algemene uitkering gingen we uit van de beschikking van 27 november 2019 (betaalmaand twaalf).
Personeelslasten rekenen wij in principe toe aan het dienstjaar waarop ze betrekking hebben. Uitzondering hierop is de ziektekostenpremie voor gepensioneerden.
Persoonsgebonden budgetten (PGB) Jeugd en Wmo
De PGB’s zijn in de jaarrekening 2019 opgenomen volgens de laatste prognose bestedingen 2019 van 28 februari 2020 en de brief van de SVB inzake Verantwoording trekkingsrechten Wmo en Jeugdwet van 12 maart 2020.
Eigen bijdrage Centraal Administratie Kantoor (CAK)
De wetgever heeft bepaald dat het CAK de berekening, oplegging en incasso van de eigen bijdragen in het kader van de Wmo uitvoert. Als gevolg van privacy redenen hebben de gemeenten niet direct inzicht in de individueel door het CAK berekende eigen bijdrage van de cliënt en kunnen daarom de juistheid en volledigheid van de eigen bijdrage niet vaststellen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdrage door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdrage geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dat betekent dat door de gemeente geen zekerheden over omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen krijgen.
BTW begraafplaatsen
Op dit moment is de btw op de gemeentelijke begraafplaatsen kostenverhogend. Dit betekent dat wij de btw niet kunnen compenseren bij het BTW-compensatiefonds. De gemeente Krimpen aan den IJssel procedeert over de vraag of zij de btw op de kosten van de aanleg, de renovatie, het onderhoud en de exploitatie van de gemeentelijke begraafplaatsen toch kan compenseren bij het BTW-compensatiefonds. Volgens de Belastingdienst heeft de gemeente hiervoor geen recht op compensatie van btw bij het BTW-compensatiefonds. In de uitspraak van 16 maart 2018 oordeelt het Gerechtshof Den Haag dat de gemeente de btw op de kosten van de exploitatie van gemeentelijke begraafplaatsen volledig kan compenseren bij het BTW-compensatiefonds. De Belastingdienst heeft beroep in cassatie ingesteld bij de Hoge Raad. De advocaat-generaal adviseert de Hoge Raad in zijn conclusie d.d. 28 februari 2019 om de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag te bevestigen en het door de Staatssecretaris van Financiën ingestelde cassatieberoep ongegrond te verklaren. Op dit moment wachten wij nog steeds op de uitspraak van de Hoge Raad.
Als de Hoge Raad de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag bevestigt, dan kunnen alle gemeenten de btw op de kosten van de aanleg, de renovatie, het onderhoud en de exploitatie van begraafplaatsen die in rekening zijn gebracht compenseren bij het BTW-compensatiefonds. Door het aanvragen van nieuwe beschikkingen BTW-compensatiefonds voor de jaren 2014 tot en met 2018, kunnen de gemeenten ook de btw op de kosten van de gemeentelijke begraafplaatsen uit het verleden compenseren. Afhankelijk van het oordeel van de Hoge Raad, betekent dit ook voor ons een financieel voordeel. De btw op begraafplaatsen is dan niet langer kostenverhogend, maar compensabel bij het BTW-compensatiefonds. Wij volgen de ontwikkelingen nauwgezet.
Toelichting op de balans per 31 december 2019
(postgewijs)
Activa
Vaste activa
De vaste activa waarderen wij op basis van verkrijgings- of vervaardigingsprijs, verminderd met de afschrijvingen. We waarderen volgens de bruto-methode. Uitzonderingen hierop zijn bijdragen van derden die in directe relatie staan met het actief. Deze brengen wij direct in mindering als bijdrage. We schrijven af volgens de regels van onze financiële verordening.
Bij enkele activa vindt afschrijving plaats op annuïteitenbasis, omdat wij hiermee een gelijkmatiger verdeling van de kapitaallasten over de gehele levensduur verkrijgen (investeringen Vliegende Vaart, aanschaf woonwagens en enkele rioleringswerken). De hoofdlijn is dat wij in het investeringsjaar naar rato over het boekjaar afschrijven.
De rente verdeelden we over de programma’s op basis van de boekwaarde van de vaste activa aan het begin van het dienstjaar. Dit deden we met het geactualiseerde omslagpercentage. Voor enkele activaposten passen wij een vast percentage toe.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden activeren we als aan de volgende vereisten is voldaan:
- Er is sprake van een investering door een derde.
- De investering draagt bij aan de publieke taak.
- De derde heeft zich verplicht tot het daadwerkelijk investeren op een wijze zoals is overeengekomen.
- De gemeente kan de bijdrage terugvorderen, als de derde in gebreke blijft of de gemeente anders recht kan doen gelden op de activa die samenhangen met de investering.
Op de geactiveerde bijdragen aan activa in eigendom van derden schrijven we af. De afschrijvingsduur is daarbij maximaal gelijk aan de verwachte gebruiksduur van de activa waarvoor de bijdrage aan derden wordt verstrekt.
De bijdragen aan activa in eigendom van derden waarderen we tegen het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met de afschrijvingen.
Immateriële vaste activa (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Bijdragen aan activa in eigendom derden | 818 | 857 |
Kosten onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief | 49 | 18 |
Totaal | 867 | 875 |
De bijdragen aan activa in eigendom van derden betreffen bijdragen aan diverse sportverenigingen en stichtingen. De specificatie hiervan is: | |
Bijdragen aan activa in eigendom derden (x€ 1.000) | 31-12-2019 |
---|---|
Bijdr.kunstgr.veld MHC Olympia (dekk.res.kap.lst) | 55 |
Bijdrage grondlaag kunstgrasveld voetbalacc.Hoek | 55 |
Bijdrage toplaag kunstgrasveld voetbalacc.Hoek | 44 |
Bijdrage grondlaag kunstgrasveld voetbalacc.Tern. | 81 |
Bijdrage toplaag kunstgrasveld voetbalacc.Tern. | 94 |
Bijdrage verlichting voetbalacc.Tern.Boys | 24 |
Bijdrage kunstgrasveld KV Zaamslag | 24 |
Verbouw kerk Westdorpe | 319 |
Inrichting jeugdhonk Gregoriuscentrum Axel | 8 |
Renovatie Grote Kerk Terneuzen | 97 |
Bijdr.in verv.tennisbaan Zaamslag IP 2018 | 15 |
Totaal | 818 |
In 2019 activeerden we kosten voor onderzoeken naar leerlingenstromen in de kern Terneuzen. Ook deden we onderzoek voor onderwijshuisvesting in Hoek en de rivierenbuurt te Terneuzen. Deze onderzoeken ronden we in 2020 af.
Materiële vaste activa (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Investering met economisch nut: gronden uitgegeven in erfpacht | 334 | 335 |
Investering met economisch nut: overige investeringen met econ.nut | 107.699 | 110.436 |
Investering met ec. nut waarvoor een heffing kan worden geheven | 42.872 | 42.111 |
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut | 43.656 | 44.214 |
Totaal | 194.561 | 197.095 |
Onderstaand een uitsplitsing van de materiële vaste activa:
Investeringen met ec.nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Huishoudelijk afval: | ||
vervoermiddelen met economisch nut mbt huish.afval | 1.117 | 993 |
machines, apparaten en install.met econ.nut mbt huish.afval | 548 | 416 |
overige materiele vaste activa met econ.nut mbt huish.afval | 0 | 12 |
Begraafplaatsen: | ||
bedrijfsgebouwen met econ.nut mbt begraafplaatsen | 26 | 28 |
grond-, weg- en waterb.kund.werken econ.nut mbt begraafplaatsen | 52 | 63 |
machines, apparaten en install.met econ.nut mbt begraafplaatsen | 10 | 12 |
Rioleringen: | ||
bedrijfsgebouwen met econ.nut mbt rioleringen | 41.118 | 40.587 |
Totaal | 42.872 | 42.111 |
Investeringen met economisch nut (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Strategische gronden | 2.171 | 2.171 |
Gronden uitgegeven in erfpacht | 334 | 335 |
Gronden en terreinen | 6.611 | 6.088 |
Woonruimten | 710 | 825 |
Bedrijfsgebouwen | 84.428 | 87.241 |
Grond-, weg en waterbouwkundige werken | 7.694 | 7.896 |
Vervoermiddelen | 1.826 | 1.676 |
Machines, apparaten en installaties | 2.071 | 2.292 |
Overige materiële vaste activa | 2.188 | 2.244 |
Totaal | 108.033 | 110.770 |
Investeringen in de openbare ruimte met maatsch nut (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken | 43.649 | 44.208 |
Overige materiële vaste activa | 7 | 9 |
Totaal | 43.656 | 44.217 |
De materiële vaste activa zijn uitgaven die een meerjarig nut hebben en die wij in meerdere jaren afschrijven.
De materiële vaste activa verdelen wij onder in materiële vaste activa met economisch nut, maatschappelijk nut en investeringen met economisch nut, waarvoor wij ter bestrijding van de kosten een heffing kunnen heffen. Dit als het investeringen zijn die wij grotendeels of meer doen voor riolering of het inzamelen van huishoudelijk afval en begraafplaatsen.
Onder investeringen met een meerjarig maatschappelijk nut verstaan wij investeringen in aanleg, reconstructies, verbetering en aanpassing van (inrichting) wegen, waterwegen, civiele kunstwerken, groen en kunstwerken.
Activa met een verkrijgingsprijs van meer dan € 5.000 activeren wij.
Investeringen in gronden en terreinen activeren wij zonder dat we hierop afschrijven.
Erfpachten waarderen wij op basis van de eerste verkrijgingsprijs. Erfpachten lopen 75 jaar of 30 jaar (sportvelden).
De investeringen in strategische gronden zijn gronden in voorraad, waarvoor nog geen plannen zijn. Eerder werden deze verantwoord onder als niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) bij voorraad bouwgrond.
Verdere informatie is terug te vinden in het overzicht verloop vaste activa.
Strategische gronden (bedrag x € 1.000) | 31-12-2019 |
---|---|
Kop van de Noordstraat Terneuzen | 1 |
Voormalig terrein C-1000 Axel | 216 |
Windlust II Hoek | 189 |
WWC Emmabaan Koewacht | 778 |
Beurtvaartkade Terneuzen | 777 |
Torenberg II Zaamslag | 197 |
Visserverkorting Westdorpe | 13 |
Totaal | 2.171 |
De vermeerderingen van grond-, weg- en waterbouwkundige werken betreffen o.a. diverse rioleringswerkzaamheden en reconstructie diverse wegen volgens het Gemeentelijk Rioleringsplan en het Wegenprogramma.
De gehanteerde afschrijvingstermijnen in jaren | |
---|---|
Materiële vaste activa met economisch nut: | |
a. Rioleringen | 65 |
b. Nieuwbouw woonruimten en schoolgebouwen | 40 |
c. Nieuwbouw kantoren en bedrijfsgebouwen | 40 |
d. Nieuwbouw tijdelijke woonruimten en tijdelijke bedrijfsgebouwen | 25 |
e. Renovatie, restauratie en aankoop woonruimten, en schoolgebouwen | 25 |
f. Renovatie, restauratie en aankoop kantoren en bedrijfsgebouwen | 25 |
g. Technische installaties in bedrijfsgebouwen | 15 |
h. Veiligheidsvoorzieningen bedrijfsgebouwen | 15 |
i. Telefooninstallaties | 10 |
j. Automatiseringsapparatuur en software | 5 |
k. Kantoormeubilair en schoolmeubilair | 10 |
l. Motorvaartuigen | 20 |
m. Zware transportmiddelen en schuiten | 20 |
n. Aanhangwagens, personenauto's en lichte voertuigen | 15 |
Materiële vaste activa met maatschappelijk nut: | |
a. Parken, sportvelden en groenvoorzieningen | 30 |
b. Wegen, pleinen en rotondes | 30 |
c. Tunnels, viaducten en bruggen | 30 |
d. Geluidswallen | 30 |
e. Openbare verlichting, armaturen | 20 |
Openbare verlichting, lichtmasten | 40 |
f. Straatmeubilair | 30 |
g. Havens, kades, sluizen en waterkeringen | 30 |
h. Waterwegen, waterbergingen en walbeschoeing | 30 |
i. Pompen en gemalen | 15 |
Financiële vaste activa (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Kapitaalverstrekkingen | - | - |
Leningen | - | - |
Overige langlopende leningen | 1.162 | 957 |
Uitzettingen in ’s Rijks schatkist met een looptijd ≥ 1 jaar | - | - |
Uitzettingen in de vorm van Nederlands schuldpapier looptijd ≥ 1 jaar | - | - |
Overige uitzettingen met een looptijd ≥ 1 jaar | 668 | 668 |
Totaal | 1.830 | 1.625 |
De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs (de inkoopprijs en de bijkomende kosten), de jaarlijkse aflossingen, afschrijvingslasten en afwaarderingen wegens duurzame waardeverminderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa nemen wij onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking. Zo nodig brengen wij een voorziening voor verwachte oninbaarheid op de boekwaarde in mindering. Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) waarderen wij tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Als de marktwaarde van de aandelen daalt tot onder de verkrijgingsprijs, waarderen wij af naar deze lagere marktwaarde.
De kapitaalverstrekkingen en leningen zijn opgenomen tegen nominale waarde.
Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen.
De langlopende geldleningen hebben o.a. betrekking op leningen aan (sport)verenigingen of stichtingen.
De overige uitzettingen zijn de aandelen.
Overige uitzettingen (aandelen, x € 1.000) | 31-12-2019 |
---|---|
Delta | 548 |
BNG | 114 |
St.Adm.kant.Dataland | 3 |
Econ.impuls Zeeland | 4 |
Totaal | 668 |
Totaal Vaste activa | 197.259 | 199.596 |
---|
Voor een nadere specificatie van de boekwaarde van de vaste activa per 31 december 2019 en het verloop daarvan verwijzen wij naar het overzicht Verloop vaste activa.
Vlottende activa (x € 1.000) | ||
---|---|---|
Voorraden | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
De in de balans opgenomen voorraden worden als volgt uitgesplitst: | ||
Grond-en hulpstoffen | - | - |
Onderhanden werk, gronden in exploitatie (gronden met kostprijsberekening) | 10.187 | 11.300 |
af: Exploitatieverliezen Bouwgrondexploitatie (vz) | -462 | -168 |
Totaal onderhanden werk | 9.725 | 11.132 |
De nog niet in exploitatie genomen bouwgronden (NIEGG) verantwoorden wij met ingang van 2016 niet langer onder voorraden. Maar als strategische gronden bij investeringen met economisch nut. Deze brengen wij onder bij de materiële vaste activa.
De als onderhanden werken opgenomen bouwgronden in exploitatie waarderen wij tegen de vervaardigingsprijs. Of tegen de lagere marktwaarde.
De vervaardigingsprijs zijn de kosten die wij aan de vervaardiging toe rekenen (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijp maken) verminderd met de opbrengst wegens verkopen. Dit geldt ook voor een aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten.
Voor winstnemingen gebruiken we voor de lopende grondexploitaties met ingang van 2017 de zogenaamde ‘percentage of completion’ (poc) methode. Dit is conform de voorschriften van de commissie BBV.
Voor zover wij gronden verkopen en opbrengsten realiseren wordt tussentijds naar rato van de voortgang van de kosten en de opbrengsten winst genomen. Indien aan de volgende voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid om winst te kunnen nemen:
1. Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat; én
2. De grond (of het deelperceel) is verkocht; én
3. De kosten zijn gemaakt (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd).
Voor de gemeente Terneuzen ziet deze verplichting vooral toe op de complexen Terneuzen Zuid en Othene. In 2019 is als gevolg van hantering van deze methode € 0,4 miljoen tussentijds winst genomen.
complexnaam (Bedragen maal 1.000) | Boek-waarde 1 januari 2019 | Vermeer-deringen | Vermin-deringen | Winst-neming | Boek-waarde 31 december 2019 | Voorziening verlies-latend complex | Balans-waarde 31 december 2019 | Geraamde nog te maken kosten | Geraamde nog te realiseren opbrengsten | Geraamd resultaat (nominale waarde) | Geraamd resultaat (contante waarde) | Einde exploitatie |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Handelspoort-zuid | 2.692 | 71 | -487 | 0 | 2.276 | -93 | 2.183 | 593 | -2.776 | 0 | -81 | 2025 |
Bedrijvenstraat Koegorspolder | 9.026 | 677 | -1.842 | 433 | 8.294 | 0 | 8.294 | 2.214 | -12.696 | -2.188 | 2.190 | 2024 |
Othene contractgebied | -1.832 | 174 | 0 | -29 | -1.687 | 0 | -1.687 | 1.872 | 0 | 186 | 87 | 2021 |
Windlust I Hoek | 76 | 5 | -2 | 0 | 79 | 0 | 79 | 3 | -98 | -16 | 17 | 2019 |
Braakmanlaan Biervliet | 638 | 18 | -148 | 0 | 507 | -49 | 458 | 63 | -522 | 0 | -40 | 2026 |
Baljuwlaan Sluiskil | 700 | 17 | 0 | 0 | 717 | -320 | 397 | 158 | -556 | 0 | -290 | 2022 |
0 | 0 | 0 | 0 | |||||||||
11.300 | 963 | -2.479 | 404 | 10.187 | -462 | 9.725 | 4.904 | -16.647 | -2.018 | 1.883 |
De waardering van de in exploitatie genomen gronden is gebaseerd op de inzichten van december 2019 (herziening kostprijsberekeningen). Hierbij is uitgegaan van de daarbij behorende inschatting van uitgangspunten, parameters en risico’s. Dit betreft een inschatting die omgeven is door onzekerheden. Deze wordt periodiek (minimaal jaarlijks) herzien. De waardering in het volgende jaar kan zowel positief als negatief kan uitvallen. Het college is van mening dat op basis van de huidige informatie en inzichten de beste schatting gemaakt is.
Het college hanteert de volgende algemene uitgangspunten ten aanzien van haar schattingen:
- rentepercentage bedraagt 2,58 %;
- kostenindexatie bedraagt 3,00 %;
- opbrengstenindexatie bedraagt 1,50 %;
- de geplande afzet is gebaseerd op de inzichten van de herziening van de kostprijsberekeningen van december 2019. Hierbij is waar nodig zijn deze inzichten bij de jaarrekening geactualiseerd.
Ten aanzien van de kosten-en opbrengsten indexatie gelden de percentages van respectievelijk 1,5% en 3% alleen enkel voor Terneuzen Zuid. Voor de andere complexen is 0% kosten-en opbrengsten indexatie van toepassing. Het complex Othene contractgebied is een winstgevend
complex. Het positieve resultaat van de afgelopen jaren is op basis van de POC methode toegevoegd aan de reserve bouwgrondexploitatie. In dit complex zijn de aanlegkosten van de Laan van Othene opgenomen. Zodra er meer duidelijkheid is over de grondaankopen en de aanlegkosten van de Laan van Othene worden deze kosten geactualiseerd en opgenomen.
De risico’s zijn toegelicht in de paragraaf Grondbeleid en de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing in het jaarverslag. De grootste risico’s ten aanzien van de huidige schattingen en de mogelijke uitkomst komen uit de volgende complexen: Handelspoort Zuid, Baljuwlaan, Windlust en Biervliet. Hiervoor is een voorziening exploitatieverliezen bouwgrond opgenomen.
De voorziening exploitatieverliezen bouwgrond is te beschouwen als een correctie op de boekwaarde van de gronden. Hierna volgt een overzicht van de Voorziening exploitatieverliezen bouwgrond.
Voorziening exploitatieverliezen bouwgrond | 31-12-2019 |
---|---|
Handelspoort Zuid | 93 |
Baljuwlaan Sluiskil | 320 |
Braakmanlaan/Schoollaan/Biervliet | 49 |
Saldo | 462 |
Uitzettingen < 1 jaar (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Vorderingen op openbare lichamen | 6.651 | 6.059 |
Uitzettingen in ’s Rijks schatkist | - | - |
Rekening-courant verhouding met het Rijk | - | - |
Belastingen | 4.252 | 2.002 |
Overige vorderingen | 4.703 | 3.778 |
Voorziening dubieuze debiteuren | -360 | -1.369 |
Totaal | 15.246 | 10.470 |
De uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar (vorderingen) waarderen wij tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening is bepaald op basis van een combinatie van statische en dynamische waardebepaling.
In het bedrag van de vorderingen op openbare lichamen is begrepen de nog te ontvangen BTW-compensatiefonds 2019.
De doorbetalingsverplichting is opgenomen onder de kortlopende schulden.
Schatkistbankieren
Decentrale overheden zijn vanaf 15-12-2013 verplicht om hun overtollige middelen in de schatkist aan te houden. Hierdoor zal de Nederlandse staat minder geld hoeven te lenen op de financiële markten en zal de staatsschuld dalen.
Gevolgen voor Terneuzen
Het drempelbedrag voor Terneuzen is € 1.178.000. (0,75% van het begrotingstotaal). Het bedrag hierboven moeten wij afromen naar de rijksschatkist. Dit is meerdere keren gebeurd. De vergoeding voor het aanhouden van middelen bij de schatkist is gebaseerd op het Eonia-tarief. Het gemiddelde rentetarief voor 2019 was 0 %. Over 2019 ontvingen we geen rentevergoeding. In 2019 overschreden we het gemiddelde drempelbedrag niet.
Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1000) | |||||
---|---|---|---|---|---|
Verslagjaar | |||||
(1) | Drempelbedrag | 1.178 | |||
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(2) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | 265 | 549 | 532 | 445 |
(3a) = (1) > (2) | Ruimte onder het drempelbedrag | 913 | 629 | 646 | 733 |
(3b) = (2) > (1) | Overschrijding van het drempelbedrag | - | - | - | - |
(1) Berekening drempelbedrag | |||||
Verslagjaar | |||||
(4a) | Begrotingstotaal verslagjaar | 157.059 | |||
(4b) | Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner of gelijk is aan € 500 miljoen | 157.059 | |||
(4c) | Het deel van het begrotingstotaal dat de € 500 miljoen te boven gaat | - | |||
(1) = (4b)*0,0075 + (4c)*0,002 met een minimum van €250.000 | Drempelbedrag | 1.178 | |||
(2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | |||||
Kwartaal 1 | Kwartaal 2 | Kwartaal 3 | Kwartaal 4 | ||
(5a) | Som van de per dag buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen (negatieve bedragen tellen als nihil) | 23.813 | 49.993 | 48.963 | 40.972 |
(5b) | Dagen in het kwartaal | 90 | 91 | 92 | 92 |
(2) - (5a) / (5b) | Kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen | 265 | 549 | 532 | 445 |
Liquide middelen (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Kassaldi | 13 | 13 |
Banksaldi | - | - |
Totaal | 13 | 13 |
De liquide middelen zijn tegen nominale waarde opgenomen.
Overlopende activa (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Voorschotten Europese overheidslichamen | - | - |
Voorschotten Rijk | - | - |
Voorschotten overige Nederlandse overheidslichamen | - | - |
Overige nog te ontvangen en vooruitbetaalde bedragen | 9.090 | 9.638 |
Totaal | 9.090 | 9.638 |
De overlopende activa zijn tegen nominale waarde opgenomen. Onder overlopende activa vallen onder meer de nog te ontvangen bedragen. De overlopende activa zijn, voor zover mogelijk, afgewikkeld.
Passiva
Eigen Vermogen | ||
---|---|---|
Reserves (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
Algemene reserve | 19.219 | 16.249 |
Bestemmingsreserves | 21.526 | 27.316 |
Gerealiseerd resultaat | 6.103 | 4.157 |
Totaal | 46.847 | 47.721 |
Reserves zijn vermogensbestanddelen die als eigen vermogen zijn aan te merken en die bedrijfseconomisch vrij te besteden zijn. Aan reserves kunnen wij een bepaalde bestemming geven, de bestemmingsreserves.
Algemene reserve
De algemene reserve heeft vooral een algemene bufferfunctie. Incidenteel vangen wij in de loop van het jaar via deze reserve tegenvallers op. De toename in 2019 is voornamelijk de toevoeging van een groot gedeelte van het jaarrekeningresultaat 2018.
Het saldo van de algemene reserve bedraagt per 31-12-2019: | € 19.218.954 |
---|
De toename van de bestemmingsreserves betreft vooral de toevoegingen aan de reserve bouwgrondexploitatie (winstnemingen), reserve nieuwe sluis en de reserve precariobelasting.
Daarnaast zijn er (per saldo) bedragen onttrokken aan de reserve sociaal domein en de reserve uitvoeringsprogramma wonen.
Een samenvattend overzicht van het verloop van de overige reserves en een toelichting hierop is als bijlage bij deze balanstoelichting opgenomen.
Resultaat
Het resultaat betreft het saldo van de rekening na verwerking van de door de raad genomen besluiten. Over 2019 bedraagt het voordelig saldo € 6.103.000. Bij de vaststelling van de jaarrekening doen wij een voorstel voor de verdeling/bestemming van dit saldo.
Voorzieningen (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's | 12.390 | 7.731 |
Voorzieningen van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden | 706 | 863 |
Totaal | 13.096 | 8.594 |
Voorzieningen waarderen wij op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies.
De pensioenverplichting ten behoeve van de wethouders is echter tegen de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd.
De verminderingen in voorzieningen betreffen aanwendingen voor het doel waarvoor de voorziening is ingesteld.
De toevoegingen in 2019 betreffen onder andere de jaarlijkse herrekening van de verplichtingen voormalige ambtsdragers (APPA) en de voorziening wachtgeld voor gewezen wethouders.
Naar aanleiding van het oordeel van de Hoge Raad van 15 juni 2018 in de procedure precariobelasting 2015 van de gemeente Hulst vormden wij een risicovoorziening precariobelasting. Het bedrag van de risicovoorziening betreft het door een belastingplichtige bestreden bedrag van de aanslag precariobelasting 2016, 2017, 2018 en 2019.
Een samenvattend overzicht van het verloop van de voorzieningen en de toelichting hierop is als bijlage bij deze balanstoelichting opgenomen.
Vaste Schulden > 1 jaar (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Onderhandse leningen van binnenlandse banken en ov.fin.instellingen | 153.428 | 151.225 |
Waarborgsommen van binnenlandse banken en ov.fin.instellingen | - | - |
Totaal | 153.428 | 151.225 |
De rente over deze vaste schuld bedroeg in 2019 : € 5.475.137. Vaste schulden met een rentetypische looptijd langer dan één jaar waarderen wij tegen nominale waarde verminderd met gedane aflossingen.
In 2019 hebben we een langlopende geldlening van € 15.000.000 afgesloten. De lening heeft een looptijd van 25 jaren met een rentevaste periode van 25 jaren. Het rentepercentage is 1,265%.
Vlottende passiva | ||
---|---|---|
Netto vlottende schulden < 1 jaar (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
Kasgeldleningen | - | - |
Banksaldi | 234 | 4.817 |
Overige vlottende schulden | 7.933 | 9.391 |
Totaal | 8.167 | 14.208 |
Netto-vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar waarderen wij tegen nominale waarde. De netto vlottende schulden wikkelen wij binnen een jaar af.
Overlopende passiva (x € 1.000) | 31-12-2019 | 31-12-2018 |
---|---|---|
Nog te betalen bedragen | 6.887 | 7.046 |
Voorschotten Europese overheidslichamen | - | - |
Voorschotten Rijk | 1.347 | 543 |
Voorschotten overige Nederlandse overheidslichamen | 218 | 276 |
Overige vooruitontvangen bedragen | 1.343 | 1.235 |
Totaal | 9.795 | 9.100 |
De nog niet bestede doeluitkeringen betreffen de van overheidswege vooruit ontvangen voorschotbedragen met een specifiek bestedingsdoel. Dit ter dekking van de lasten van volgende begrotingsjaren.
Voor een nadere specificatie van dit bedrag en het verloop hiervan verwijzen wij naar het 'Overzicht verloop uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel'.
De overige nog te betalen bedragen betreffen onder meer bedragen die wij nog moeten betalen, maar waarvoor wij nog geen factuur ontvingen. Deze bedragen zijn, voor zover mogelijk, afgewikkeld.
Saldo gewaarborgde geldleningen (buiten balanstelling)
Wij gaven garanties af voor betaling van rente en aflossing van bepaalde geldleningen. Dit betreffen leningen, aangegaan door woningbouw- verenigingen, instellingen in de gezondheidszorg en overige ten behoeve van de financiering van vaste activa. Met betrekking tot de woningbouwverenigingen gaven wij het risico door aan het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. De gemeente heeft hierbij slechts een achtervangfunctie.
Het saldo van de ultimo 2019 gegarandeerde geldleningen bedraagt ca. € 174,6 miljoen. Dit bedrag is volgens de voorschriften buiten de telling in de balans opgenomen.
Een samenvattend overzicht van het verloop van de gewaarborgde geldleningen is als bijlage bij deze balanstoelichting opgenomen.
Tot 2019 ging de garantstelling voor Zeeland Seaports, nu voor North Sea Port Netherlands N.V. via de gemeenschappelijke regeling Zeeland Seaports (GR ZSP) en stonden de participanten via de GR garant. In 2019 is de GR ZSP opgeheven en staat iedere participant direct garant/borg voor de leningen van North Sea Port Nederlands N.V. In een uitvoeringsovereenkomst is wel de draagplicht van de participanten geregeld (eenzelfde draagplicht als in de GR, dus provincie 50% en gemeente Borsele, Terneuzen en Vlissingen ieder 16 2/3%). Tevens heeft North Sea Port Netherlands N.V. een vrijwaring verleend voor de situatie dat garanten door geldgevers worden aangesproken onder de garantie die zij gegeven hebben. Ons deel van de garantstelling voor North Sea Port Netherlands N.V. en WarmCo2 is € 38 miljoen.
Niet uit de balans blijkende verplichtingen
Verplichtingen aan derden
Wij hebben voor € 87,2 mln. aan niet uit de balans blijkende verplichtingen opgenomen. Dit zijn verplichtingen waaronder (lease) contracten die nog een looptijd hebben van langer dan een jaar. Hieronder geven wij een overzicht van de niet uit de balans blijkende verplichtingen:
Jaar | ||||||
Soort | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | Eindtotaal | |
Werken | Energie | |||||
ICT | ||||||
Onderhoud | 262 | 44 | 0 | 0 | 306 | |
Overig | ||||||
VP | ||||||
Totaal Werken | 262 | 44 | 0 | 0 | 306 | |
Zorg | ||||||
Leveringen | Energie | 1.451 | 1.451 | 1.451 | 227 | 4.580 |
ICT | 580 | 580 | 580 | 580 | 2.319 | |
Onderhoud | 231 | 231 | 231 | 231 | 923 | |
Overig | 0 | 0 | 0 | |||
VP | ||||||
Zorg | 2.248 | 1.606 | 1.285 | 0 | 5.138 | |
Totaal Leveringen | 4.509 | 3.867 | 3.546 | 1.038 | 12.960 | |
Diensten | Energie | |||||
ICT | 1.119 | 1.005 | 948 | 936 | 4.008 | |
Onderhoud | 258 | 43 | 0 | 0 | 302 | |
Overig | 1.305 | 1.358 | 757 | 726 | 4.146 | |
VP | 6.629 | 6.629 | 6.629 | 6.629 | 26.515 | |
Zorg | 8.094 | 8.094 | 8.094 | 8.094 | 32.377 | |
Totaal Diensten | 17.405 | 17.129 | 16.428 | 16.385 | 67.347 | |
Overig | Energie | |||||
ICT | ||||||
Onderhoud | ||||||
Overig | ||||||
VP | ||||||
Zorg | 1.653 | 1.653 | 1.653 | 1.653 | 6.612 | |
Totaal Overig | 1.653 | 1.653 | 1.653 | 1.653 | 6.612 | |
Totaal | 23.830 | 22.693 | 21.627 | 19.076 | 87.225 |
- Energie, verplichtingen voor de levering van nutsvoorzieningen;
- ICT, verplichtingen voor o.a. lease, licenties, internet en software;
- Onderhoud, onderhoud lichtmasten en gebouwen;
- Overige, verplichtingen voor levering van motorbrandstoffen en verzekeringen;
- Verbonden partijen, dit betreft de bijdragen aan verbonden partijen voor werkzaamheden (OLAZ, Dethon);
- Zorg, verplichtingen in het kader van de uitvoering van de WMO taken.
Vennootschapsbelasting
In het kader van de vennootschapsbelastingplicht voor overheidsondernemingen per 1 januari 2016, stemt de gemeente Terneuzen haar fiscale positie met de Belastingdienst af. Een aantal activiteiten van de gemeente Terneuzen zijn potentieel vennootschapsbelastingplichtig. Hieruit kan een vennootschapsbelasting-last voortvloeien. De omvang van de vennootschapsbelasting-last zal na afstemming met de Belastingdienst inzichtelijk worden. Op dit moment is hierover nog geen duidelijkheid. De gemeente Terneuzen is aansprakelijk voor de te betalen vennootschapsbelasting.
Aansprakelijkstelling speelkooi Othene
De Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft de gemeente, bij vonnis van 25 februari 2015 een dagelijkse sluitingstijd van de speelkooi opgelegd, op straffe van een dwangsom van € 2.500 per dag bij nalatigheid door de gemeente, met een maximum van € 130.000. De bezwaar makende omwonenden claimen de maximale dwangsom ad. € 130.000. De gemeente heeft contact met drie bezwaar makende omwonenden en stelt in gesprek te gaan met hulp behulp van een mediator. Het bedrag van € 130.000 is geparkeerd op de derden rekening van AKD om beslaglegging te voorkomen. De wederpartij is nog niet tot beslaglegging overgegaan. Het maximale bedrag van € 130.000 kan eenmalig geclaimd worden. De openstelling en afsluiting van de speelkooi gebeurt sinds september 2017 door basisschool De Parel en beveiligingsbedrijf Delta Safe Security.
Nadeelcompensatie Westkade Sas van Gent
Op 24 januari 2020 hebben de betrokken partijen een vaststellingsovereenkomst gesloten over het herstel van de kademuur aan de Westkade te Sas van Gent. Het duurt echter nog een tijd voordat de reconstructie van de Westkade is gerealiseerd. Ondernemers kunnen eventueel overgaan tot het indienen van een verzoek om nadeelcompensatie. In 2019 hebben we van drie ondernemers vooraankondigingen gehad, nog geen claims.
In artikel 13 van de vaststellingsovereenkomst ‘Omvang kwijting’ is het volgende opgenomen: “Partijen verschillen van mening over de vraag wie er verantwoordelijk is voor het ontstaan van de huidige staat van de kade en – in het verlengde daarvan – wie in welke mate kosten moet dragen die direct dan wel indirect samenhangen met het herstel van de kade/de N252. Na het sluiten van de onderhavige overeenkomst hebben partijen ter zake niets meer van elkaar te vorderen, behoudens uiteraard de nakoming van de verplichtingen uit deze overeenkomst. Partijen verlenen elkaar over en weer volledige kwijting ter zake van alle huidige en/of toekomstige vorderingen die direct dan wel indirect gerelateerd zijn aan het voornoemde geschil, alles in de meest ruime zin van het woord, en zullen niets meer uit hoofde dan ook van elkaar te vorderen hebben. Dit betekent dat de gemeente eventuele nadeelcompensatie die moet worden betaald aan ondernemers uit Sas van Gent in verband met de tijdelijke afsluiting van de N252 niet kan verhalen op Rosier of Rijkswaterstaat. Verder betekent dit dat Rosier en Rijkswaterstaat geen aanspraak kunnen maken op nadeelcompensatie/planschade in verband met deze afsluiting. De vergoeding van haar eventuele schade is namelijk anderszins verzekerd door deze overeenkomst.
Gebeurtenissen na balansdatum
Uitbraak coronavirus/COVID-19
In het voorjaar van 2020 zijn we in ons land geconfronteerd met het coronavirus. Dat heeft onder andere gevolgen voor de ontwikkeling van de financiële positie van onze gemeente in 2020. Op het moment van het samenstellen van de jaarrekening 2019 was nog onvoldoende in beeld welke effecten dit precies kunnen zijn. We kunnen al wel aangeven dat de risico's een negatief effect zullen hebben op de netto schuldquote, de solvabiliteit en het weerstandsvermogen. In de tussentijdse rapportage 2020 en de kadernota/begroting 2021 geven wij hierover een meer actueel beeld.
Niet uit de balans blijkende rechten
Vennootschapsbelasting
Met ingang van het boekjaar 2016 wordt aan de actiefzijde van de balans buiten balanstelling het bedrag opgenomen waarvan het recht bestaat op verliescompensatie op grond van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Deze wet verstaat onder verliescompensatie het recht om een negatief belastbaar bedrag van een boekjaar te verrekenen met de belastbare winst van het voorafgaande jaar. Dit leidt tot een teruggave aan reeds betaalde vennootschapsbelasting. Op dit moment is er nog geen duidelijkheid over de vennootschapsbelasting positie. Een recht op verliescompensatie is niet aan de orde.